Ontbramen op het scherpst van de snede
‘Het was en is niet sexy, maar dat beeld verandert nu wel’, ziet Anton Bax. ‘Want het is veel te duur om al je plaatwerk handmatig te ontbramen met een slijptol.’ Daar komt bij dat de eisen in de industrie en bij eindklanten steeds hoger komen te liggen. Het gaat ze er niet alleen maar om dat alle bramen worden weggehaald, maar de plaatwerkdelen moeten echt handvriendelijk worden afgewerkt. ‘Bij dunne plaatdelen van bijvoorbeeld rvs is een kleine afronding vaak al voldoende, bij dikkere staaldelen wordt steeds vaker een grotere kantafronding gevraagd omdat dat zorgt voor een betere lakdekking. Op een scherpe hoek blijft de lak immers minder goed zitten.’
‘De logische volgende stap is automatisering van het beladings- en ontladingsproces met robots’
Bax is een rasondernemer. Hij stapte ruim dertig jaar geleden bij zijn vader in het eigen productiebedrijf voor plaatwerk: Bax Metaal. Inmiddels staat het industrieterrein aan de westkant van Bergeijk vol met afsplitsingen: Laserparts, RVS Finish en de jongste telg: machinebouwer Q-Fin, een afkorting van Quality Finishing Machines. Voor de zomer moet daarvoor een tweede pand uit de grond worden gestampt, want de zaken gaan goed en Q-Fin wil verder groeien.
Nieuwe koers
Met de oprichting van Q-Fin in 2013 zette Bax een stap in een andere richting: niet eerder had hij zich actief beziggehouden met de ontwikkeling en bouw van eigen machines. Hij zegt blij te zijn dat hij zijn organisatie heeft opgesplitst in meerdere bv’s, waardoor hij zelf zijn aandacht vooral op de ontwikkeling van Q-Fin kan richten. ‘Voor mij is Q-Fin nieuw; een eigen product, de wereldwijde markt van de grond trekken, klantrelaties opbouwen en overtuigen van het concept van onze machines. Dat vind ik een mooie uitdaging.’
Bax is ambitieus, maar ook heel nuchter: ‘We moeten niet te snel groeien, want de fabriek staat nu al vol. In Nederland hebben we in de afgelopen jaren een goede naamsbekendheid opgebouwd. We hebben qua afzetmarkt nu de focus op Duitsland gelegd. Daar is voor ons nog veel te winnen. Vooral door de aandacht voor handling rondom de ontbraammachines worden projecten steeds groter. Vandaar ook de geplande nieuwbouw die ons de ruimte geeft om verder te groeien.’